terug naar de inhoudsopgavemuideninfo.nl ingezonden stukken:Zienswijze de Krijgsman: monster van een wijkDe gemeente, geïntimideerd door de gebeurtenissen en claims uit het verleden, verzuimt haar taak4 juni 2014
Aan: Gemeenteraad gemeente Muiden Postbus 3 1398ZG Muiden Zienswijze De Krijgsman In deze zienswijze wil ik gaarne mijn bezwaren tegen, en commentaar op het voorliggende ontwerp bestemmingplan voor het voormalige KNSF terrein, alias De Krijgsman te Muiden kenbaar maken. Mijn zienswijze bestaat uit twee onderdelen. Een algemeen deel, waarin de uitgangspunten en andere opmerkingen van algemene aard worden besproken en een specifiek inhoudelijk deel, waarin ik dieper op diverse punten in zal gaan. Algemeen deel: Het voorliggende bestemmingsplan biedt een kader waarbinnen de bouwwerkzaamheden moeten plaatsvinden. Dit kader is bewust ruim gekozen, aangezien de daadwerkelijke gedetailleerde- invulling van de wijk nog niet bekend is en deze -afhankelijk van de ontwikkeling in de (huizen)marktsituatie- nog kan wijzigen. Dit is bedoeld om de projectontwikkelaar enige ruimte te geven en om onnodige administratieve procedures in het toekomstige bouwproces te voorkomen. In het ambitiedocument en tijdens de inloopavond op 28-5-2014 komt dit ook als zodanig naar voren. Ondanks het feit dat ik de achterliggende gedachte kan begrijpen, ligt hier een groot gevaar; namelijk dat de projectontwikkelaar op alle fronten de maximale grenzen op gaat zoeken en dat Muiden daarmee dus een monster van een wijk krijgt. Enig wantrouwen richting de projectontwikkelaar is hier zeker op zijn plaats. Elke verkochte woning is winst en in het streven naar optimalisatie van deze winst is het zeker niet ondenkbaar dat de kwaliteit van leven van de bewoners van Muiden en de landschappelijke en cultuurhistorische waarden voor de projectontwikkelaar van ondergeschikt belang zijn. Laten we vooral de historie met deze projectontwikkelaar niet vergeten! Het bestemmingplan moet een bescherming bieden tegen onwenselijke ontwikkelingen. Ik pleit sterk voor een gedetailleerder bestemmingsplan, waarin meer restricties zijn opgenomen om uitwassen te voorkomen. De Krijgsman moet geen IJburg worden! De borging binnen het zogenaamde beeldkwaliteitsplan geeft absoluut onvoldoende bescherming en is juridisch vrijwel waardeloos! Zelfs indien dit de huidige projectontwikkelaar zich hier keurig aan zou houden, zegt dit niets over de goede afloop. Er kan discussie ontstaan over de interpretatie, en wat te denken van een overname door een andere partij (bijv na faillissement). Zal deze zich ook nog iets gelegen laten zijn aan een eerder gentleman s agreement? Hoe zal dit op langere termijn gaan lopen? Een eigenaar van een perceel met een bebouwing van twee lagen plus k Dit brengt me op punt twee. Er zijn een aantal studies verricht naar de mogelijkheden en wenselijkheden ten aanzien van de ontwikkeling van het KNSF terrein. Ik noem met name de rapporten van onafhankelijke adviseurs van de provincie, het rapport van de PARK uit september 2010 en het ARO verslag/advies van 14 mei 2014. In deze adviezen wordt duidelijk aangegeven dat het laadvermogen van het gebied in het bestemmingplan wordt overschreden. Hoe is het mogelijk dat twee zeer relevante studies en adviezen op deze wijze worden genegeerd? Het gegeven dat de gemeente vertrouwt op de project-ontwikkelaar om de wijk op verantwoorde wijze vorm te geven getuigd van een naïviteit die zeker gezien de historie met deze ontwikkelaar- onbegrijpelijk is. (Zie hiervoor ook mijn eerste punt) Het gewenste bouwvolume is te groot. Er is geen enkele onderbouwing voor de gewenste te grote- hoeveelheid woningen. Ook voor de hoeveelheid gemengde bestemmingen -zoals bedrijven, horeca en kantoren- ontbreekt een onderbouwing. Een studie naar de gecombineerde effecten en mogelijkheden van woningbouw en bebouwing met gemengde functies op de locaties Krijgsman, Brediusdriehoek en Bloemendalerpolder ontbreekt. Dit kan worden verklaard uit het feit dat hier teveel partijen betrokken zijn, maar neemt niet weg dat dit wel een belangrijke overweging zou moeten zijn, zeker bij de beslissing over het bebouwen van het zowel cultuurhistorisch als landschappelijk en ecologisch- kwetsbaarste deel van deze drie; de Krijgsman. Ook hier kan ik mij niet aan de indruk onttrekken dat de commerciële belangen van de projectontwikkelaar leidend zijn en dat de gemeente, geïntimideerd door de gebeurtenissen en claims uit het verleden, haar taak verzuimt. Overigens wordt in het ambitiedocument van de projectontwikkelaar wel een niet onderbouwd plaatje geschetst over de samenhang en verschillen tussen de nieuwbouwprojecten van IJburg tot en met Almere. Hierin wordt in De Krijgsman exclusief wonen geprojecteerd. Dit is in mijn ogen een correct uitgangspunt. Wonen in De Krijgsman dient zich te onderscheiden van wonen in IJburg of Almere. Deze waarde dient derhalve ook in het bestemmingsplan tot uitdrukking te komen en gewaarborgd te worden. In het algemeen wil ik stellen dat het totale maximaal toegestane bouwvolume veel te groot is, en dat met name de bouwhoogte vrijwel overal te hoog is. Daar waar bijvoorbeeld volgens het ambitiedocument (hoofdstuk 5) twee bouwlagen met kap (of drie zonder) de gewenste bouwhoogte is, staat het bestemmingsplan 15 meter toe. Dit is 5 bouwlagen! De maximaal toegestane bouwhoogte is op plaatsen 24 meter (Dit zouden 8 bouwlagen kunnen zijn). Dit is veel te hoog en past op geen enkele wijze bij Muiden. Naar mijn mening dient dus zowel het aantal woningen als de bebouwde oppervlakte als de bouwhoogte naar beneden bijgesteld te worden. Dit geldt ook voor de bebouwing zonder woonbestemming. Specifiek deel: Behoud cultuurhistorische waarden: o kringenwet o Westbatterij o productielijnen o kruitbos o watergangen Het KNSF terrein is van grote cultuurhistorische waarde. Dit wordt al heel duidelijk gesteld in een brief en rapport van de Rijksdienst voor Monumentenzorg - thans Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed uit 2004, waarin een cultuurhistorische inventarisatie van het KNSF terrein is verricht. Deze brief is bij de gemeente bekend. Muiden is een historische vestingstad en heeft cultureel erfgoed hoog in het vaandel. Alle reden dus om zeer zorgvuldig met het KNSF terrein om te gaan. Deze zorgvuldigheid komt naar mijn mening niet naar voren in het voorliggende bestemmingsplan. De Westbatterij is een onderdeel van de Stelling van Amsterdam en hiermee rijksmonument en UNESCO werelderfgoed. Tevens is het een gezichtsbepalend onderdeel van de Vesting Muiden. Het is in mijn ogen ondenkbaar dat deze fortificatie ingebouwd gaat raken door bebouwing die er boven uit torent. Toen de Westbatterij nog een functionerend militair fort was, gold de kringenwet. Dit is in de huidige situatie nog goed terug te zien in het landschap. Het is ontoelaatbaar dat alle verwijzing hiernaar bij de ontwikkeling van de Krijgsman verloren zal gaan. Dit is een directe aantasting van het werelderfgoed. In mijn zienswijze zou het wenselijk zijn indien de bebouwing binnen de kringen (300m en 600m) als het ware verwijst naar de oude kringenwet. Dit zou kunnen door de bebouwing daar klassiek en laag te houden, een landelijke sfeer te creëren en de bebouwing van hout te maken of met hout te omkleden. Hierin past niets boven 2 bouwlagen en ook geen platte daken en industriële of stedelijke sfeertekeningen. De bebouwing moet daar vooral niet te gestructureerd zijn. Veel variatie in vorm en maat en zeker geen rijtjes . In dit gebied zouden zichtlijnen van en naar de Westbatterij open gehouden moeten worden. Het is wenselijk de bebouwing pas op gepaste afstand van de westbatterij te laten beginnen. Ook water in de vorm van greppels en vaarten zou hier goed bij passen. De herkenbaarheid van de oude functie van het terrein als kruitfabriek kan een toegevoegde waarde geven aan de bewoners en bezoekers van de wijk. Dit kan worden gerealiseerd door de productielijnen in de nieuwe bebouwing terug te laten komen, bij voorkeur met een museale functie van een van de bestaande en gespaarde gebouwen. Ook de watergangen, de paden en het kruitbos hadden een duidelijke functie in de oude bestemming. Om die reden is het gewenst de oude hoofdstructuur te sparen en te beschermen in het bestemmingsplan. Behoud natuur o ophogen o sparen dikke bomen o behoud karakteristieke elzenbos o behoud watergangen o rietvelden Als belangrijkste bronnen voer ik hier aan; het PARK rapport uit 2010 en de studie landschappelijke en ecologische waardering KNSF-terrein Muiden door bureau Vista uit 2005. In mijn zienswijze is de ophoging van het terrein ten behoeve van bebouwing, de grootste bedreiging voor landschap en ecosysteem. Ten eerste overleeft de bestaande begroeiing deze ophoging niet, hetgeen neerkomt op een verregaande kaalslag van het terrein. Het karakteristieke elzenbos zal verdwijnen omdat de noodzakelijke voorwaarden niet meer aanwezig zijn (drassige veengrond). Dit kan onmogelijk gecompenseerd worden door de aanplant van enkele sprieterige nieuwe boompjes. Het beeld van een kale nieuwbouwwijk dreigt. Het is dus van groot belang het behoud van een belangrijk deel van de bestaande natuur en het landschap te waarborgen in het bestemmingsplan. Te veel vrijheid binnen het bestemmingplan kan hier wederom desastreus zijn. De beide genoemde rapporten geven dit mijns inziens duidelijk aan. Ik pleit derhalve voor een duidelijke omschrijving van de landschappelijke hoofdstructuur, waarin grote delen bos (tenminste het als waardevol aangemerkte noordelijke deel van het Kruitbos), de watergangen en de rietvelden, almede de her en der aanwezige grote bomen (meestal op reeds verhoogd terrein) beschermd worden. Ook moeten er regels worden gesteld over de fasering en wijze van bouwrijp maken, ook om te voorkomen dat onnodig (vroeg) bomen worden gekapt en/of jarenlang een grote zandvlakte aanwezig is. Het aanzien van Muiden. o walkant o waterkant De bebouwing van de Krijgsman zal het aanzien van Muiden ingrijpend en structureel veranderen. Op dit moment is Muiden vanuit het oosten een herkenbare vestingstad, omgeven door polders en gedomineerd door het Muiderslot. Hier zal weinig aan veranderen. Vanuit het westen is Muiden een groene oase, die op een prettige wijze overgaat in een historisch vestingstadje. Veel groen dus, en lage bebouwing, veelal historisch. Ook de overgebleven bestaande bebouwing van het KNSF draagt hier aan bij. Dit zal ingrijpend veranderen indien het KNSF terrein bebouwd gaat worden. Het is in mijn ogen belangrijk hier de sfeer van historisch en groen te bewaren. Dit kan in mijn ogen gerealiseerd worden door: Veel groen te sparen, met name de grotere bomen. De bouwhoogte langs de vaart te beperken tot 3 lagen. De bouwstijl zorgvuldig te kiezen en uit te voeren (zie ook het ambitiedocument, waarin op dit gebied enkele aardige voorbeelden staan). Ook hier geldt; veel variatie doet wonderen. Geen aaneensluitende bebouwing, maar groene en blauwe openingen houden. De wijk vanuit de vaart te ontsluiten met water; vaarten en grachten het terrein in, dwars op de Amsterdamse trekvaart. Hier ligt zelfs een mogelijkheid de toekomstige situatie te verbeteren ten opzichte van de huidige. Tenslotte het aanzien vanuit het IJmeer/Markermeer. Ook dit is in mijn ogen een zeer belangrijk beeld, hetgeen helaas vaak niet wordt onderkend. Duizenden inwoners, dagjesmensen en toeristen zien dit vanaf hun eigen bootje, vanaf een van de schepen van de bruine vloot of tijdens hun tocht naar en van Pampus. Het aanzien vanaf het water is sfeerbepalend en een belangrijk visitekaartje van Muiden. Naderend per boot, is het beeld zeer groen. De begroeide dijk met de daarachterliggende boomtoppen geeft rust ten opzichte van het drukke beeld verder naar het westen. Slechts het Muiderslot is dominant aanwezig, hetgeen uiteraard een gewenst effect is voor onze stad. Bij verdere nadering is de tweede fortificatie, in de vorm van de Westbatterij, de herkenbare tegenhanger van het Muiderslot. Bij nog verder binnenvaren is er een wat rommelig, maar o zo charmant, beeld van de combinatie van watersport, bruine vloot en historische bebouwing van met name de Herengracht. Het belang van de achtergrond van de Westbatterij is in mijn ogen groot. De optische groene zone aan de westzijde geeft de gewenste afscheiding van de energiecentrale en IJburg. Dit dient behouden te blijven. Dit is in mijn ogen zeer goed haalbaar als hetgeen straks boven de dijk uitsteekt wordt gedomineerd door groen, en niet door bebouwing. Het is dus gewenst dat de bebouwing niet boven de dijkhoogte uit gaat stijgen en dat voldoende bomen overblijven om het huidige beeld te bewaren. Dit komt goed overeen met mijn visie van de invulling van de bebouwing binnen de kringen . Het zicht vanuit het zuiden heb ik bewust niet meegenomen, aangezien dit in de nabije toekomst, na het gereedkomen van het aquaduct en het verdwijnen van de A1 brug, een eigen visie en plan zal moeten krijgen. Ik schat het effect van de Krijgsman op dit aanzien in als gering. Integratie met bestaande wijken en centrum Muiden o voorzieningen Het is van groot belang dat de aansluiting op de rest van Muiden goed functioneert. De Krijgsman moet geen losstaand dorp worden. Wat hierbij goed bekeken moet worden is dat de route naar en van de nieuwe wijk een vanzelfsprekendheid heeft voor alle soorten verkeer, en dat geen bottleneck effect ontstaat. Een nauwe doorgang creëert een natuurlijke afscheiding die vermeden dient te worden. In die zin is de ingang alleen langs het huidige Kruitpad in mijn ogen onvoldoende. Het is wenselijk dat hier in combinatie met de prinses Irenestraat een brede groen/blauwe toegang wordt gemaakt. Dit vraagt ook om aanpassingen in de bestaande structuur van Muiden; het doortrekken van straten, water en groen, zodat een vanzelfsprekende verbinding ontstaat. Het gemotoriseerd verkeer dient in deze brede toegangszone zo beperkt mogelijk te zijn. Auto s en motoren dienen bij voorkeur van de toegang via de maxisweg gebruik te maken. De voorzieningen in de nieuwe wijk moeten ook voor bewoners en bezoekers van het oude Muiden aantrekkelijk en toegankelijk zijn. Alleen zo kan een goede integratie van de Krijgsman worden verkregen. Het idee van het Cour aan de kom is in mijn ogen goed en kan hierin een belangrijke functie vervullen. De schets hiervan in het ambitiedocument vindt ik moeilijk in te schatten, maar ik denk hierbij aan winkels, horeca etc. in een plein/brink-achtige setting, met water en groen. De sfeer vestingstedelijk uit het ambitiedocument sluit hier goed bij aan. Afsluitende opmerkingen De hierboven beschreven zienswijze is onvolledig. Het is niet het doel van deze zienswijze om een volledige gedetailleerde invulling van het terrein te geven. Met name de algemene opmerkingen acht ik van groot belang. Daar waar ik dacht dat -min of meer gedetailleerde- ideeën van toegevoegde waarde zouden kunnen zijn, heb ik deze beschreven. Het bestemmingplan moet duidelijk maken wat de bedoeling is van en met deze nieuwe wijk van Muiden. Het bestemmingsplan moet ook bescherming bieden tegen ongewenste bebouwing in vorm, volume en lokalisatie en ongewenste wijzigingen in landschap, ecosysteem en aanzicht. Niet alleen voor de initiële bouwfase, maar ook voor de lange termijn. Vertrouwen in de goede voornemens van anderen is goed, maar waterdichte borging is bij een belangrijk project als dit van het grootste belang. Ik ben van mening dat het voorliggende ontwerp van het bestemmingsplan betreffende het KNSF terrein hierin ernstig te kort schiet en de geplande invulling een direct negatief gevolg heeft voor mijn woon- en leefomgeving. Ik dring er met klem op aan het bestemmingsplan dienovereenkomstig te wijzigen. Desgewenst ben ik gaarne bereid een en ander verder toe te lichten. Dr. H.A.H. Winters Zuidpolderweg 1 1398PM Muiden terug naar de inhoudsopgave |