terug naar de inhoudsopgave
muideninfo.nl ingezonden stukken:
KNSF: Onfatsoenlijk!
Open brief aan het college van Burgemeester en Wethouders en aan de Raad van de Gemeente Muiden
Muiden, 11 september 2003
Mijne dames, heren,
Het plan voor de bebouwing van het KNSF-terrein, in de vorm zoals die aan ons is gepresenteerd verdient
naar ons idee de afwijzing van de Gemeenteraad. Het is op een groot aantal punten slecht doordacht. Het
lost de problemen van de Muidenaars niet op en opent de poort voor nog ernstiger problemen op
verkeersgebied.
Daarbij kent het plan een inherent probleem: De op het KNSF-terrein te bouwen woningen zouden, in
verband met de geplande omslag van de saneringskosten van het terrein gemiddeld tenminste zo’n €
35.000 à € 40.000 duurder worden dan normaal op de markt gebruikelijk. Afhankelijk van de situatie op
de woningmarkt zal dat hoe dan ook tot meer of minder ernstige verkoopproblemen leiden.
Maar niet in de laatste plaats is een dergelijke omslag geheel in tegenspraak met de heersende
gedachte, dat de vervuiler de saneringskosten moet betalen. Een bedrijf dat -niet altijd maar toch wel zeer
langdurig - grote winst heeft geboekt voor zijn aandeelhouders en dat dan later indertijd onterecht niet in
rekening gebrachte milieukosten achteraf op derden gaat verhalen, gedraagt zich op z’n zachtst gezegd
onfatsoenlijk. Gemeentebestuurders, die daarmee zouden instemmen en daardoor zulk gedrag mogelijk
maken gedragen zich al niet beter.
Zelfs al zou bij nader onderzoek blijken, dat gezien de vroegere eigendomsverhoudingen of in verband
met contractuele regelingen bij eigendomsoverdracht, erfpacht of huur, de staat als vervuiler zou moeten
worden aangemerkt is het dan altijd nog netter om de belastingbetaler voor die kosten te laten opdraaien,
dan de mogelijke kopers van de te bouwen objecten.
Ook als de huidige gebruiker of de huidige eigenaar juridisch als vervuiler wordt aangewezen, ongeacht of
deze inmiddels voldoende winst heeft gemaakt om in staat te worden geacht de saneringskosten daaruit
te financieren, is het niet aan de plaatselijke overheid om mee te werken aan de uitvoering van een plan,
dat die vervuiler in staat stelt de saneringskosten te verhalen op geheel onschuldige derden, die wellicht
gedreven door schaarste op de regionale woningmarkt, gedwongen zijn een te hoge prijs voor hun nieuwe
woning te betalen.
Overigens kunnen wij ons moeilijk voorstellen, dat een enigszins redelijk geleid bedrijf voor achterstallige
milieukosten, zoals de onderhavige saneringskosten, geen voorziening op de balans heeft getroffen. Als
dat het geval is, betekent de omslag van de saneringskosten, dat de aandeelhouders door de vrijval van
zo’n voorziening een onbedoeld cadeau krijgen ten laste van de huizenkopers. In onze ogen is zo’n gang
van zaken maar met één woord te typeren : Onfatsoenlijk!
Wij menen derhalve, dat de Raad een plan als het onderhavige dat gebaseerd is op zo’n onfatsoenlijke
financiering niet zou mogen goedkeuren.
Het is overigens verre van ons om nieuwe bouwplannen in Muiden principieel af te wijzen. Er zal nu
eenmaal, ook in een kleine gemeente als Muiden moeten worden gebouwd, om de maatschappelijke en
demografische ontwikkelingen te kunnen blijven volgen.
"Muiden moet Muiden blijven" geldt voor ons dan ook slechts in de volgende beperkte zin: Het beeld van
de oude stad moet naar ons inzicht zoveel als mogelijk worden behouden. In het bijzonder de omgeving
van het Muiderslot verdient scrupuleuze bescherming, ook waar het het uitzicht vanaf het Muiderslotterrein
betreft. Het karakter van Muiden verdraagt zich niet met grootscheepse, "moderne" grootstedelijke
bebouwing in de onmiddellijke omgeving, die vanuit de kern van ons stadje op diverse plaatsen zichtbaar
zou zijn.
Dat wil zeggen: Geen hoogbouw op de nieuwe bouwlocaties, die vanaf het Muiderslot, of vanuit het
centrum van Muiden zichtbaar zou zijn. Het hoog opgaande groen op het KNSF-terrein is eveneens
beeldbepalend. Ontwikkelingsplannen voor dat terrein zouden moeten uitgaan van behoud van een
belangrijk deel van de bomen aldaar.
Vanuit nieuwe bouw-, respectievelijk woon- en werklocaties mag geen extra verkeersdruk op de vesting
uitgaan. Muiden-centrum kan nu reeds de bestaande verkeersstromen niet verwerken. Integendeel:
Parallel met de ontwikkeling van nieuwe woon- en werkgebieden moet de verkeers- en parkeersituatie in
de vesting dringend worden gesaneerd.
Kortom: Het KNSF-terrein is - behalve als natuurterrein - in onze ogen eigenlijk alleen geschikt voor de
bouw van een beperkt aantal woningen of wellicht villa’s temidden van het te behouden groen.
Min of meer stedelijke bouw kan - als ze al in de omgeving van Muiden en Weesp moet worden neergezet
- naar onze mening dan beter plaats vinden in de Bloemendaler polder, die in de ogen van de gemiddelde
randstedeling toch niet wezenlijk als belangrijk natuurgebied wordt herkend. Het plan om daar
"landgoederen" aan te leggen is onzes inziens tot mislukken gedoemd, omdat aspirant-kopers van dit
soort superdure objecten zich wel zullen wachten om hun geld uit te geven voor een landgoed in een in
hoge mate reeds verstedelijkt gebied en dan op die plaats ook nog met bijbehorend snelweg- vliegtuig-
en treinenlawaai.
We laten daarbij echter in het midden, of bebouwing van de Bloemendaler polder wel mogelijk is i.v.m. de
noodzakelijke en wellicht ook wettelijk vastgelegde bescherming van sommige diersoorten en van
bestaande ecologische voorzieningen. In die discussie moeten wij vertrouwen, bij gebrek aan voldoende
eigen deskundigheid op dat terrein, dat de experts op dat gebied, zoals bij voorbeeld de
natuurbehoudorganisaties de Raad en B & W voldoende zullen kunnen inlichten om een goede afweging
mogelijk te maken. We verwachten dan ook , dat ons stadsbestuur zich actief zal inspannen om de
inlichtingen in voldoende mate te verkrijgen.
Natuurlijk zijn daarbij wij geneigd om de wens uit te spreken, dat de kleine groene oases, zoals die hier en
daar rondom Amsterdam aanwezig zijn - en wij rekenen de Bloemendaler polder en het kruitfabriekterrein
daar uitdrukkelijk bij - .zoveel en zolang als enigszins mogelijk behouden moeten blijven. Maar er zullen
toch wel afwegingen moeten worden gemaakt, waarbij de overige belangen van de bewoners van de
noordelijke randstad tegen die wens worden afgezet. Die afweging is de taak van goede bestuurders , die
zich van hun verantwoordelijkheden - ook die ten opzichte van het noodzakelijke natuurbehoud - volkomen
bewust zijn.
Zolang die afweging niet of niet zorgvuldig genoeg is gemaakt, mag een plan als het onderhavige zeker
niet doorgaan.
Kortom, er is alle reden om het plan in de vorm, waarin het er nu ligt af te keuren en terug te verwijzen naar
de verantwoordelijke wethouders voor revisie en aanpassing aan de wensen van de bewoners van
Muiden.
Wij wensen u bij de besluitvorming dienaangaande de nodige wijsheid toe.
Hoogachtend,
Germa Gotjé - van Bruggen
Louk Gotjé
terug naar de inhoudsopgave
U kunt uw bijdrage zenden of opmerkingen kwijt door op de onderstaande envelop te klikken
U belandt dan op ons reactie formulier: