aflevering 101 van 20 oktober 2004 Reisverslag deel 8(slot)
Het vinden van een loket om een internationaal treinkaartje te kopen is in Rome minstens net zo moeilijk als in Amsterdam.
Er zijn weliswaar vier loketten speciaal voor ingericht, maar deze zijn niet zo eenvoudig te vinden. Als je ze dan eenmaal gevonden hebt, staat er een rij van zo'n 25 meter lang tussen hekjes opgesteld. Terwijl je staat te wachten zie je dat er maar twee van de vier loketten geopend zijn. Na een uur wachten is er nog maar één loket over. Sommige mensen hebben wel 20 minuten nodig om hun kaartje te kopen. Er zijn veel Aziaten die nauwelijks Engels spreken en alles drie keer uitgelegd moeten worden. Ik laat een jong stelletje dat dreigt hun trein te verlopen voorgaan en ben na anderhalf uur aan de beurt. Binnen vijf minuten heb ik mijn couchette naar München geregeld. Nu nog even pinnen en dan kan ik eindelijk gaan eten. Op de laatste avond in Rome eet ik op een terras in de buurt van mijn hotel minestronesoep en een vleesgerecht met spek erop, spinazie en grote patatten.
De volgende ochtend, zaterdag 31 juli 2004, sta ik vroeg op en geef mijn bagage af op het station. Ook hier weer een lange rij en een half uur wachten. In het restaurant boven de vertrekhal eet ik op mijn gemak en lees urenlang in 'De slag om Monte Cassino.' Om half 3 besluit ik om nog een paar uur naar het park te gaan. Mijn trein naar München vertrekt pas om half tien vanavond. Ik neem de metro naar Villa Borchese, bij het Piazza del Popolo. Op een bankje in het monumentale park lees ik in "In Europa" van Geert Mak.
Om 5 uur loop ik naar "Spagna" en daal af van de beroemde Spaanse trappen. Onderweg koop ik een magneetsouveniertje van het Colosseum. In het begin van de avond mail ik nog diverse mensen in het internetcafé tegenover Hotel Acropoli en lees de "Keutelrubriek" op Muideninfo. Mijn nieuwe telefoonkaart van 5 euro weigert dienst in de cellen van het station. Ook mijn mobiele telefoon klinkt heel zacht. Later kom ik er achter dat het magneetsouvenier in mijn portemonnee waarschijnlijk de schuldige is. Nog eenmaal eet ik in het restaurant en ga dan op mijn bagage zitten wachten in de hal. Dat mag dus niet van de spoorwegpolitie; je moet staan. Eindelijk, om 21.21 uur verschijnt mijn trein op het grote 'scorebord' boven mijn hoofd. De coupé zit vol met 6 personen en hun bagage. Een blond meisje met een grote harige pukkel op haar kin verhuist al gauw naar een ander vertrek, want ze ziet het niet zitten om hier te gaan slapen. De grote, lompe Italiaan, de vrouw met het kindje en de twee Duitse jongens blijven, net als ik. Om 21.37 uur vertrekt de trein naar München.
's Morgens vroeg stap ik over op de trein naar Mannheim. Daar kom ik drie uur later aan en vervolgens stap ik over op de trein naar Koblenz. Om 14.12 uur ben ik op de plaats van bestemming. Ik bel Antje Poser, die ik in 1999 in de plaatselijke jeugdherberg heb leren kennen. We hebben in de tussentijd regelmatig geschreven met elkaar. Antje bezocht vorig jaar met haar zuster en een vriendin Muiden. Ze komt me even later ophalen met de auto van haar vader. Het weerzien is hartelijk. We rijden naar haar ouders in Rhens en ik word voorgesteld aan de familie. Behalve Vati und Mutti en zus Elke zijn tante Gisela uit Cottbus en nicht Sabrina aanwezig. We genieten van de zelfgemaakte taarten en het heerlijke weer. Ik krijg een compliment van tante over mijn Duits. Veertien jaar geleden, kort voor de val van de Muur, verhuisde de famile Poser vanuit de DDR naar het Westen. Vader was bouwkundig ingenieur en kreeg zowaar toestemming van de communistische SED. Hij bouwde zijn eigen droomhuis in Rhens met uitzicht op de Rijn.
Antje en ik rijden die middag naar Maria Laach. Een voormalige vulkaankrater gevuld met water. Een prachtig meer om op te roeien. Ik trek aan de riemen tot de blaren op mijn handen staan. Ook zwem ik nog even in het koude, diepe water, hoewel het eigenlijk verboden is ("Schwimmkörper sind nicht gestattet.") In 1972 was ik hier ook al eens, toen ik met vrienden op de brommer langs de Moezel trok. Allerlei zoete herinneringen komen boven drijven. Op deze avond eten we van de barbecue in de tuin. Heerlijk vlees, brood, tomaatjes uit eigen tuin en salade. Urenlang zitten we buiten te genieten van de mooie zomeravond, tot tante en Sabrina vertrekken. Elke, Antje en ik bekijken op het balkon bij kaarslicht nog foto's van hun reizen naar Canada en New York in 1997. Foto's genomen vanaf en vanuit de Twintowers in het World Trade Centre maakten de meeste indruk. De volle maan komt op boven de Rijn en schijnt in mijn logeerkamer wanneer ik uiteindelijk rond middernacht in slaap val.
De volgende dag kan ik met Antjes zuster Elke meerijden naar het centrum van Koblenz. Haar moeder wijst me de H. en M.-winkel waar ik om half 3 met Antje heb afgesproken. Ze moet helaas werken op het architectenbureau. Ik loop door de winkelstraten naar de Moezel en slenter langs de oever naar het reusachtige monument voor keizer Wilhelm I bij de Duitse Bocht. ("Deutsches Eck") Hier vloeit de Moezel samen met de Rijn. Je kunt duidelijk de twee stromen een tijdlang volgen aan de verschillende kleuren van het water; de Moezel donker, het water van de Rijn grijs-groen. Ik beklim het monument en maak diverse foto's met mijn weggooicamera. Zittend op een bankje schrijf ik in mijn dagboek. Om 11 uur maak ik een uur durende rondvaart op de Rijn. Het is prachtig weer. Ik maak een praatje met twee ontheemde Engelsen en koop diverse souveniers in kraampjes langs het water. Via de grote en brede Pfarrendorferbrücke loop ik terug naar het centrum en koop in een boekwinkel een tweedehands boek van Victor Klemperer; "Ich will zeugnis ablegen – Das Jahr 1942" plus een Volkskrant van vandaag. Op een koperen gedenkplaat in het plaveisel van de prachtig gerestaureerde Jezuïtenplatz lees ik: "1944 KOBLENZ 1984; tussen april 1944 en het eind van de oorlog in 1945 werpen 3772 vliegtuigen bij 40 luchtaanvallen 10.000 ton bommen op Koblenz. Op 6 november wordt het centrum voor 87 % verwoest: 2000 000 m3 puin bedekt de stad. 15000 van de 25000 woningen zijn vernietigd. Er zijn 1000 doden te betreuren. 1984: Koblenz telt 115.000 inwoners in 50.000 woningen. De stad is groter en aanzienlijker herrezen." Tot half 3 heb ik zitten lezen. Antje komt even later op de afgesproken plaats. We doen wat boodschappen en eten een heerlijk Italiaans ijsje (4 bollen!).
Met Antjes auto rijden we naar de vesting Ehrenbreitstein, aan de overkant van de Rijn. Het uitzicht van de 125 meter hoge rots is prachtig. We laten ons opnieuw vereeuwigen op de plek waar we elkaar 5 jaar geleden leerden kennen. Op de terugweg kijken we nog even bij het "Ehrenmal des Heeres" waar de dode Duitse soldaten van twee Wereldoorlogen herdacht en geëerd worden. Voor WOI 1,5 miljoen en voor WOII 3,5 miljoen soldaten. Het monument bestaat uit een liggende stenen soldaat in een holte in de rotswand, onder een bloemenkrans. Terug in Rhens lees ik in de papieren van 'oom Wolfgang', de broer van Antjes moeder, die in 1945 gearresteerd werd door de Russen, als 17-jarige. Hij werd er van verdacht een zogenaamde "Wehrwolf" te zijn. In 1944 richtte Heinrich Himmler, de leider van de SS, een para-militaire guerilla-groep van jonge fanatieke Duitsers op om zich tegen de inmiddels binnenstromende geallieerde legers te verzetten. Hun enige wapenfeit was het vermoorden van de burgemeester van Aken, in 1945. (Bron: 'Verklarend oorlogswoordenboek', G.L. van Lennep, uitgeverij Bert Bakker, 1988). 'Oom Wolfgang' was onschuldig, maar hij heeft tot 1947 in een strafkamp gezeten en is daarna naar Siberië gestuurd, waar hij nog enkele jaren vastgezeten heeft. Hij leeft nog en is op zijn hoge leeftijd (78) nog zeer actief. Volgens zijn nichtjes maakt hij gletsjertochten en lange reizen. Onlangs bezocht hij nog zijn zoon in Namibië, het voormalige (Duitse) Zuid-west Afrika. Een interessante man.
's Avonds eten we weer buiten. Vader Poser roostert verse vis op de barbecue. De bos zonnebloemen die ik vanmiddag voor mevrouw Poser kocht wordt alom bewonderd. Papegaai Rudi trekt voortdurend de aandacht met zijn malle capriolen. 's Avonds rijden Antje, Elke en ik nog net voor zonsondergang naar de Königstuhl. Op deze historische plek hoog boven de Rijn werden eeuwenlang de Duitse koningen gekroond. We maken foto's van elkaar en ik vertel verhalen over vroegere reizen en vriendinnen. Terug in huis bekijkt Elke de DVD van Rome op mijn draagbare DVD-speler, terwijl Antje de treinen voor morgen uitzoekt.
Op dinsdag 3 augustus neem ik 's morgens vroeg afscheid van de zusjes Poser. Zij gaan naar hun werk. Ik ontbijt met hun moeder in de grote keuken en vertrek om half negen naar het station. Even overstappen in Koblenz en Keulen. Paspoortcontrole door marechaussees bij Arnhem. Via Amsterdam om 14.52 uur naar Weesp, waar Willem me komt afhalen. De sloop bij de Kruitfabriek is begonnen, maar verder is alles gelukkig nog hetzelfde gebleven in Muiden. Gelukkig maar, want oost-west, Muiden vind ik nog altijd het best. GK