terug naar het overzicht
'DE DIGITALE SLUIZ'

Aflevering 4: Bericht uit Yogyakarta


aflevering 79 van 25-februari-2004

De Muidenaar Guus Kroon reisde van 6 januari t/m 6 februari 2004 rond in Indonesie en bezocht Java en Bali. In een reeks berichten doet hij verslag van zijn belevenissen en ervaringen.

Bericht uit Yogyakarta, dinsdag 20 januari 2004

Dit is het vierde bericht dat ik verstuur uit Indonesie. Ik bevind me op dit moment in het internetcafe van het Metro-guesthouse in Yogyakarta, kortweg Yogya, waar ik logeer. In het vorige internetcafe, in Solo, kwam ik in de loop van de drie uur dat ik mij daar bevond een aardig meisje (nou ja; 32 jaar) tegen. Ze heette Rita Joeliana, vernoemd naar onze voormalige vorstin, die op haar geboortedag, in 1972, een bezoek bracht aan Indonesie. Het klikte al snel tussen ons, hoewel ze me direct vertelde dat ze verloofd was met ene Carl uit Oostenrijk. Ik vond het gewoon prettig om eindelijk weer eens normaal met iemand te praten, in behoorlijk Engels. Ze was stewardess geweest bij Garuda en werkte nu bij de multinational Thompson, die oa in wapens en radarsystemen doet. Haar oma was overleden en vanwege de begrafenis was ze een paar dagen bij haar ouders in de kost. We spraken af om in het enige Italiaanse restaurant in Solo, toepasselijk "Oh-Solo-mio" geheten, 's avonds wat te gaan eten. Ik heb daar inderdaad die avond met haar gegeten en het was heel gezellig. Zowieso prettig om eens wat anders dan nasi te eten, maar ook heel leuk om met een mooi meisje een avond door te brengen in een sfeervol restaurant. Twee gitaristen speelden Engelstalige liedjes en ik zong er, op hun verzoek, een paar mee. Rita stelde voor om de volgende dag een auto met chauffeur te huren en daarmee dan naar de Borobudur en de Prambanantempel te gaan. Voor omgerekend 30 euro kwam ik zo overal op mijn gemak. Bovendien ging ze mee als gids en tolk en gezelschap. Zeg daar maar eens nee tegen. Dus de volgende ochtend werd ik om 7 uur opgehaald bij mijn pension en samen gingen we op weg naar de Borobudur. De weg voerde tussen de vulkanen Merapi en Merbaboe door. Omdat we vroeg waren was het zicht nog helder. Zodra ik het aangaf stopte de auto en kon ik foto's maken. We kwamen door boerendorpjes, waar mannen en vrouwen met manden of balen riet op hun hoofd of rug liepen te sjouwen. Langzaam maar zeker zag je de wolken omhoog kruipen uit het dal, langs de helling van de Merapi. Dat worden mooie dia's, denk ik. Het bezoek aan de beroemde Boedistische tempel de Borobudur was van een heel andere aard. Hier stond de mens centraal. De mens die ooit eeuwen geleden (tussen het jaar 750 en 850) dit enorme complex bouwde en de mens die nu, anno 2004, in massa's het wereldwonder komt aanschouwen.

Je zou ook kunnen zeggen de mens die hier zichzelf komt aanschouwen, want wij troffen het dat er juist een schoolvakantie was deze week en dat betekende dat enorme hoeveelheden kinderen, al dan niet in schooluniform, het tempelcomplex bestormden. En hoe gaat dat dan? Er loopt een buitenlander rond, die overal een kop of meer bovenuit steekt en bovendien een leren vest draagt, a la Indiana Jones, met opgerolde broekspijpen en hoge schoenen, waarbij de veters om de enkels zijn geknoopt. Met zo'n buitenlander wil je natuurlijk op de foto! De eerste groep meisjes vroeg het nog heel voorzichtig en beleefd, giechelend van opwinding. Rita zette ons gewillig op de foto, maar ze was nog niet klaar of de volgende kwam al aanzetten en de volgende en de volgende… Ik schat dat ik met zo'n 100 personen op de foto geweest ben. Iedere keer weer poseren, lachen en en handen schudden, alsof ik een beroemde popster was. We kwamen bijna niet meer aan het bekijken van de tempel toe. Op een gegeven moment vonden we het welletjes. Ring voor ring wandelden we om en stegen steeds een trap naar de hemel, tot we het niets, nirvana bereikten. Ook hier volop mensen, maar toch gelukkig nog iets van een gevoel van: "Dit is iets bijzonders." Op aanraden van Rita raakte ik het hoofd van een boeddha in een stupa aan; dat bracht geluk zei ze. Zij kocht, om mij het afdingen te besparen, van een handelaar 4 in plaats van 1, zoals ik zelf gewild had, stenen beeldjes, die ik daarna dankbaar de hele tijd mee moest sjouwen.
De Prambanantempel is de Hindoe-tegenhanger van de Borobudur. De Borobudur ligt tussen Yogya en Magelang, de Prambanan ligt tussen Yogya en Klaten. Voordat Java overwegend islamitisch werd waren het Boeddisme en het Hindoeisme erg belangrijk. Na de al te erge toeristische kermis bij de Borobudur was het bij de Prambanantempel redelijk rustig. Rita paste op de tassen, terwijl ik op mijn gemak rondkeek en de tempels van Shiva, Brahma en Visnu bezocht. Je zag er niet veel, want het was er donker, maar het deed me denken aan Abu Simbel in Egypte. Ook hier struikelde ik bijna over de schoolmeisjes die met me op de foto wilden, maar ik kapte het resoluut af. Het moet wel leuk blijven, voor mij bedoel ik. Met enige moeite kon ik de reliefs met symbolische voorstellingen bekijken, vol strijd en beloften.
Die avond aten Rita en ik nog een keer samen, in Atria-café. Een groot Chinees restaurant met live-muziek. Ze kwam drie kwartier te laat en was, na een lading e-mail al helemaal met haar werk bezig, maar toch, we waren samen.
De muzikanten hadden wel in de gaten dat ik hun muziek kon waarderen en riepen me toe of ik een nummer mee wilde zingen.
Dat hoef je mij maar een keer te vragen, zoals jullie weten. Ik zong uit volle borst "Route 66, Blue suede shoes en Hounddog" mee en mocht ook nog even op de bongo's rammelen. Succes verzekerd. Rita maakte een foto van ons. We namen om 11 uur afscheid in de taxi die mij naar mijn pension bracht. Ze wenste me het allerbeste en ik haar ook natuurlijk. We e-mailen nog wel een keer. Ik kroop in bed en zij ging aan het werk voor de firma Thomson.
Tussen de bedrijven door belde ik nog een keer met mijn ouders en broer. Alles was in orde. Op maandag 19/1 nam ik de bus naar Klaten, een kleine stad, op een uur rijden van Solo. Daar speelde ik 's avonds een partijtje voetbal mee met jongens op een groot veld bij een monument. Op blote voeten, terwijl de zon onderging. Een heerlijke belevenis. Ter afsluiting nog een foto met z'n allen en dan eten. Sate-ayam, in een tentje op de stoep. Weet schoenen uit en op een matje zitten. Kleine stukjes vlees en een soort prei erbij. De mensen zijn overal vriendelijk en belangstellend. Soms te veel want hoe bescheiden ze ook zijn, ze vragen je het hemd van je lijf. De eerste vraag is altijd: "Hallo, waar kom je vandaan?" Dan "Waar ga je naar toe?" En meestal ook nog "Waar logeer je?" en "Hoelang is een chinees?" Nee, dat is flauw. Anderen willen weten of ik alleen ben en of ik getrouwd ben. Sommigen voegen daar aan toe dat ze best bereid zijn om even een vrouw te regelen voor me. In de bus een keer een vent naast me: "You want women? Twenty-thousant, fifhteenthousant, oke?" Terwijl hij dat zei wees hij naar de vrouwen bij de bushalte, alsof het een paar flessen water waren in een winkel. Ik probeer dergelijke heren maar zoveel mogelijk te negeren. Het moeilijkst zijn de becakrijders.(fietstaxi's) Daar krioelt het van, overal waar je komt. Zie ook "Bericht uit Semarang, 14/1/04." Ik ben diverse keren door ze afgezet, letterlijk en figuurlijk, maar ach het gaat relatief om kleine bedragen. Het vervelendste is dat ze je niet met rust laten en dat je keer op keer "nee" moet verkopen. Ik probeer beleefd te blijven, maar soms word je geduld erg op de proef gesteld. Vandaag bijvoorbeeld, toen ik uit Klaten vertrok, kwamen er meteen twee becakrijders op me af zodra ik het hotel verliet.. Ik wilde gewoon gaan lopen, maar ze bleven een hele tijd zeuren en achter me aan fietsen. Gisteren had er een mijn woede gewekt door er vandoor te gaan met het wisselgeld dus vandaag liet ik ze links liggen. De bus naar Yogya deed er een uur over. Daar nam ik toch maar een becak want ik kende de afstanden nog niet. Voor 10.000 roepia (ongeveer 1 euro) bracht hij me naar het Metro-guesthouse. Dankzij een enorme hoosbui ben ik zojuist met een taxi teruggekomen uit het centrum, waar ik lopend naar toe was gegaan. Morgen ga ik het paleis van de sultan en diverse markten bekijken, Voor vandaag is het zo wel weer genoeg, lijkt me. De berichten worden steeds langer. Mijn dagboek is ook al bijna vol. Ik ga verder in schriften. De planning is: Twee dagen Yogya, dan via Jepara en Surabaya naar Buyiwangi voor een dagje Bali, als dat kan. Ik hou jullie op de hoogte.

Groeten en liefs, Guus.


terug naar het overzicht

U kunt uw bijdrage zenden of opmerkingen kwijt door op de onderstaande envelop te klikken
U belandt dan op ons reactie formulier: