Tijdens de viering van het 1050-jarig bestaan van Muiden test het Historisch Archief Muiden uw kennis van de lokale geschiedenis door middel van een serie vragen. Iedere aflevering telt vijftien vragen. U kunt steeds kiezen uit drie antwoorden. De juiste antwoorden zijn op een aparte pagina te vinden, zodat u direct zelf kunt controleren of u het goed heeft. Voor op- en of aanmerkingen kunt u terecht bij ons e-mailadres ham.muiden@planet.nl..
DEEL VI: DE FRANSE TIJD
1. In 1795 vielen de Fransen ons land binnen. Hoe reageerde het vaderland?
a. Men bood hardnekkig weerstand
b. De Fransen ondervonden weinig tegenstand
c. De Fransen werden als bevrijders onthaald.
2. Wat deed de vroedschap van Muiden?
a. Uit angst voor de naderende Fransen liet men de stadskas naar Amsterdam overbrengen.
b. Men mobiliseerde alle weerbare mannen
c. Men richtte een welkomstpoort voor de Fransen op
3. De Patriotten namen de macht over. Waar kwam men bijeen om een nieuwe regering te kiezen?
a. Op het Muiderslot
b. Op het gemeentehuis
c. In de Grote Kerk
4. Hoe luidde de leus voor de nieuwe tijd?
a. Vrijheid, gelijkheid en broederschap
b. Gelijkheid, vrijheid en broederschap
c. Vrijheid, blijheid, broederschap
5. Wat was de naam voor de nieuwe gemeenteraad?
a. De Vroedschap
b. De Municipaliteit
c. De Raad
6. Welke bevolkingsgroep profiteerde direct van de nieuwe orde?
a. De Roomskatholieken kregen gelijke rechten
b. De joden kregen vrijheid van godsdienst
c. De armen kregen meer aalmoezen
7. Wat werden in 1798 officieel afgeschaft door de landsregering?
a. De tollen op de bruggen
b. De adelijke titels
c. De gilden
8. Wat deed het jagersgilde?
a. Het jaagde op konijnen, fazanten en patrijzen
b. Het liet paarden schepen voortrekken
c. Het schoot op kermissen en jaarmarkten op doelen
9. De inkwartiering van Franse soldaten was een zware last voor de arme burgerij. Hoeveel soldaten moest het 150 huizen tellende Muiden dikwijls herbergen ?
a. Een of twee compagniën; dat wil zeggen zo'n twee- of driehonderd man
b. Vier tot acht compagniën; dat wil zeggen zo'n vier à achthonderd man
c. Zo'n tien compagniën; dat wil zeggen zo'n duizend man
10. Hoeveel mensen moest Muiden leveren aan het Franse leger?
a. 2 man
b. 4 man
c. 6 man
11. Aan hoeveel mensen bood buskruitmolen De Krijgsman werkgelegenheid in 1808?
a. tien à vijftien
b. vijftien à twintig
c. Meer dan twintig
12. Wat kostte een consult bij dokter Joh. Houtman toentertijd?
a. 6 stuivers
b. 8 stuivers
c.10 stuivers
13. Waar reed keizer Napoleon de vestingwal op met zijn paard, bij zijn bezoek aan Muiden op 21 oktober 1811, nadat hij gevraagd had hoeveel inwoners Muiden had en of er een garnizoen was?
a. Bij de Westbatterij
b. Bij het Muiderslot
c. Bij de Bruinvisch (nu Piet Logchies)
14. Napoleon bekeek de restauratie van de Grote Zeesluis.(1809-1812) Er werd ook meteen een nieuwe brug gebouwd. Wie financierde de brug en kreeg daarvoor de tolrechten op de brug in eigendom?
a. De gemeente Muiden
b. Het Hoogheemraadschap
c. Rijkswaterstaat
15. Waar bevond zich van 1815 tot 1911 het weeshuis in Muiden?
a. Aan het eind van de Herengracht, bij de Keetpoort
b. Aan het begin van de Herengracht, bij het Muiderslot
c. In de Kerkstraat bij de Grote Kerk
-----------------------------------------Succes en tot de volgende keer! ------GK------------------------------------