terug naar het overzicht
'DE DIGITALE SLUIZ'

Dagje in de delletjesduinen met Dirk de Kaak


aflevering 43 van 25 februari 2003

Wat kan het leven toch mooi zijn als de zon schijnt.

Vandaag heb ik een heerlijke dag gehad. Dirk van der Plas, de alom bekende visverkoper van het Vestingplein, nodigde me onlangs uit om eens een dagje naar Katwijk te komen, om daar met hem in de duinen bunkers uit de Tweede Wereldoorlog te bekijken. Ik hoefde me geen moment te bedenken en nam zijn uitnodiging graag aan. Zoals de meeste mensen wel weten heeft de oorlog al jaren mijn speciale belangstelling. In de afgelopen twintig jaar bezocht ik slagvelden, bunkers, musea en begraafplaatsen in binnen- en buitenland, maar de streek rond Katwijk kende ik alleen van fietstochtjes met mijn ouders in de jaren zestig. Wij logeerden toen enkele zomers in Wassenaar en reden dan soms door de duinen naar Katwijk. Op oude, vierkante zwart-wit fotootjes sta ik samen met mijn broers op een bunker die langs het fietspad bij Katwijk stond.
Dirk haalt me met zijn auto af bij het station van Leiden. Het heeft 's morgens nog gevroren, maar de zon schijnt fel en de hemel is strak blauw. Op weg naar Katwijk rijden we langs het voormalige marinevliegveld Valkenburg. Leiden wil hier woningen bouwen, maar Dirk, die sinds vorig jaar actief is in een plaatselijke politieke partij, vertelt dat hij zich inspant om dit tegen te houden. De verstedelijking van het zogenaamde Groene Hart gaat al snel genoeg. Het vliegveld wordt sinds het einde van de Koude Oorlog nauwelijks nog gebruikt, maar vormt een groene oase tussen de oprukkende bebouwing. Voormalig Muidenaar Henk van Ginkel jr. woont tegenwoordig aan de rand van het vliegveld in een vrijstaande villa.
We drinken eerst nog even wat in de nieuwe woning van Dirk en zijn vrouw Wilma. Twee jaar geleden zijn ze vanuit het oude Katwijk over gegaan naar een nieuwbouwwijk aan de zuidkant van de voormalige vissersplaats. Er wordt nog steeds gebouwd, maar als deze buurt af is mag er niets meer bijkomen. Katwijk heeft zo'n 40.000 inwoners.
We laten de hond thuis want die blaft teveel. Dirk heeft een kaartje gekopieerd uit een boek over het duingebied tussen Wassenaar en Katwijk. De duinen beginnen bij wijze van spreken bij zijn achterdeur. We lopen langs de watertoren richting de Witte Berg. Op het hoge duin hebben we een schitterend uitzicht over de omgeving. Dirk vertelt dat Staatsbosbeheer allerlei experimenten heeft gedaan in het duingebied, om meer natuurlijke rijkdom te creëren. De resultaten laten nogal te wensen over, volgens Dirk. Hij laat duidelijk blijken dat het voor hem allemaal niet hoeft. Hij heeft zelfs een hele discussie gehad met de verantwoordelijke wethouder en een ingezonden brief van hem hierover is geplaatst in een lokaal blad. De altijd vriendelijke haringboer blijkt een gepassioneerd pleitbezorger te zijn van het behoud van zijn eigen leefomgeving. De duinen gaan hem erg aan het hart. Logisch, als je zoals hij hier je jeugd en je hele verdere leven hebt doorgebracht. Meertjes zijn drooggelegd, duinen zijn afgegraven of verplaatst en vele bunkers uit zijn jeugd zijn gesloopt of onder het zand bedolven. Toch zijn er nog genoeg overblijfselen van de Duitse Atlantikwall te zien. We klimmen over het prikkeldraad en Dirk vertelt dat hij gisteren bijna een bekeuring heeft gekregen van de 'boswachter' toen hij in verband met mijn komst even was gaan kijken bij een paar bunkers die buiten de gebaande paden liggen. Hij heeft door middel van een omtrekkende beweging zich een boete van 60 euro bespaard. Vandaag hebben we geluk. "De Wet" laat zich niet zien en we kunnen ongestoord rondkijken in een hele reeks onderkomens op een duintop. We kruipen als kwajongens door nauwe gangen en loopgraven, worstelen ons door duindoorn en langs vlierstruiken en bekijken betonnen ruimtes met puin en lege blikjes.
Ik maak foto's van diverse bouwsels en geniet met volle teugen. Mijn meegebrachte legerzaklantaarn bewijst goede diensten. Ook de verrekijkers komen goed van pas. In de verte zien we twee buizerds rondcirkelen. We wandelen langs een langgerekt duinmeer, dat nog deels met ijs bedekt is. Dirk heeft hier veel gevist en geschaatst vroeger, maar tegenwoordig komt dat er niet meer van. Vis zit er ook nauwelijks meer. Dirk vertelt dat zijn vader, die enkele jaren geleden is overleden, geen visser mocht worden van zijn ouders omdat zijn grootvader als visser verdronken was. Dirk heef hem nog wel enkele jaren voor zijn dood een keer meegenomen naar Engeland, waar hij altijd graag naar toe wilde, om de plaatsen te zien waar zijn vrienden als visser vaak over vertelden.
Na een flinke wandeling komen we uiteindelijk bij het klapstuk van de dag: De bunkermuur van Katwijk. Deze ligt bij "Jan de Bruin zijn delletje." Op de kaart kom je overal dergelijke namen tegen; Kneel de Koet z'n delletje, Dove Zeeg z'n delletje, delletjes van Arend Zege, delletjes van Leen de Leenet en Schierewiet z'n del, om er maar een paar te noemen. De klederdrachten van de Katwijkers mogen alleen nog te bewonderen zijn in het plaatselijk museum, de bijnamen en het dialect leven nog volop. De familie van der Plas heeft als bijnaam De Kaak. Delletjes zijn dalletjes, laaggelegen stukken duingrond waar voor de oorlog aardappelen en groente op verbouwd werden. De anti-tankmuur vormde de grens van het voormalige 'Stützpunktgruppe Katwijk aan Zee' dat de Duitsers omstreeks 1943 bouwden om een eventuele invasie te kunnen verhinderen. Naast twee kustbatterijen, die na de oorlog grotendeels zijn gesloopt of onder het zand bedolven werden door de gemeente, bestaat er nog een enkele kilometers lange, hoge betonnen muur van zo'n anderhalve meter dik met een gegolfde bovenkant. In het begin en aan het eind voorzien van een zogenaamde Höckerhindernis, ook wel drakentanden genoemd. Voor liefhebbers zoals ik een bijzondere belevenis. Dergelijke versperringen kun je alleen nog vinden bij Egmond aan Zee en langs de Duitse grens, bij de voormalige Westwall of Siegfriedlinie. Ik maak de ene foto na de andere en loop met Dirk langs de muur, terwijl hij vertelt over voormalige bunkerbouwers die na de oorlog hun collaboratie probeerden goed te praten door te zeggen dat ze expres te veel zand in het beton hadden gedaan, zodat de bunkers vanzelf zouden instorten. De bunkers en de muur vertonen wel gaten en scheuren maar die zijn door andere oorzaken ontstaan.
Opeens zien we in het gras langs het pad een grote bruine vogel opvliegen. Het is een buizerd die een pas een gedood konijn aan het opeten was. Het bijna gave dier is nog warm. We verschuilen ons een eindje verderop achter een bunker in de hoop dat de roofvogel weer terugkomt. Maar het dier laat zich niet meer zien. Hij heeft ons natuurlijk allang in de gaten. We lopen verder bovenop de golvende muur, die me doet denken aan de 'Wal van Hadrianus' in Schotland die ik in 1991 bezocht. Op sommige plaatsen is de bunkermuur wel 4 meter hoog. In een afgelegen bunkertje vinden we nog een origineel metalen schietgatluik. Dan is het tijd voor de terugreis. De buizerd bij het dode konijn vliegt op voordat ik mijn fototoestel kan pakken. We volgen hem met onze kijkers. Na een lange wandeling langs het druk bereden schelpenfietspad, waarbij Dirk vertelt over de nog immer streng gereformeerde Katwijkers en zijn eigen opvattingen hierover, komen we bij de vorig jaar ontruimde marinebunker. Het Nederlandse leger gebruikte de bunker nog tot voor kort als zendpost. Dance-liefhebbers benutten hem daarna als locatie voor illegale house-parties, maar tegenwoordig is het complex onder het zand bedolven en afgesloten. Op één plek na. Dirk stapt weer over het prikkeldraad en neemt me mee naar de ingang. Drie jongens van een jaar of twaalf, dertien schrikken zich te pletter bij onze komst, want ze denken dat wij "boswachters" zijn. Ze kruipen door een gat boven de ijzeren deur naar binnen en lenen mijn zaklantaarn. Ik doe ook nog een poging om binnen te komen, maar staak deze wijselijk. Het is mooi geweest. Na een laatste foto van de Soefie-tempel in de verte sjokken Dirk en ik terug naar zijn huis. De blaren zijn het bewijs dat we heel wat kilometers hebben afgelegd. De dochters Esther en Anita komen ook thuis. Om 4 uur, na een glaasje sinas, zet Dirk me op de trein in Leiden. Wat een dag!
GK


terug naar het overzicht

U kunt uw bijdrage zenden of opmerkingen kwijt door op de onderstaande envelop te klikken
U belandt dan op ons reactie formulier: