terug naar alles over het knsf-terrein
13-juli-2005

De natuurwaarden van het KNSF terrein.

Muideninfo sprak met de bioloog Jan Timmer. De natuur in dit gebied staat niet alleen door het KNSF-project onder druk, in de directe omgeving kennen we ook de druk van IJburg. Voor deze uitbreiding van de gemeente Amsterdam werd ons trouwens natuurcompensatie beloofd in Bloemendalerpolder en KNSF-terrein.

Over de natuurwaarden van dit laatste gebied valt niet echt heel veel te zeggen, doordat de grondeigenaar hier geen enkel onderzoek toestaat. Behalve natuurlijk zijn eigen onderzoeken. Politieke beslissingen dienen echter op basis van onafhankelijk onderzoek te gebeuren. Wát er echter wél bekend is over het terrein wijst erop dat het hoogstwaarschijnlijk een waardevolle natuur herbergt. U leest in het volgende de inventarisatie van Jan Timmer.

Het terrein

Het gebied bestaat ligt ten westen van Muiden ingeklemd tussen de A1 en het IJmeer. Het is ruim 70 hectare groot en bestaat voor het grootste deel uit bos.

In 1702 kreeg Reinier van Cuyk vergunning tot het bouwen van een kruitmolen op dit stuk land ten westen van Muiden. Deze onderneming groeide uit tot een kruitfabriek, die pas in 2004 definitief werd gesloten. Toen bestond deze kruitfabriek uit zo'n 100 gebouwen en gebouwtjes, die verspreid over het terrein stonden. Omdat het terrein verder niet werd onderhouden, ontwikkelde zich in de loop van de tijd, op de natte veengrond, tussen de gebouwtjes een bos.
Naast bos omvat het gebied enkele tientallen hectaren veenweide gebied en een strook volkstuintjes langs de dijk van het Ymeer. Het meest westelijke, tegen de A1 gelegen deel van het KNSF terrein bestaat uit rietland. Het bosgedeelte, dus het eigenlijke voormalige fabrieksterrein, is omgeven door een gracht, die hier en daar is begroeid met een uitgestrekte krabbescheer vegetatie. (krabbescheer vegetaties worden snel zeldzamer in Nederland). Het bos zelf is grotendeels moerasbos doorsneden met waterlopen van 1 tot 6 meter breed, enkele meertjes, een paar stukken eiken-berken bos en een mooi oud eikenbos. Het moerasbos zelf maakt een heel gevarieerde indruk en dat is wat dit terrein ook zo bijzonder maakt. Er zijn stukjes berkenbroek-, elzenbroek-, wilgenbroekbos en zelfs een paar stukjes met een riet begroeiing. Wat onmiddellijk opvalt is de afwezigheid van onderhoud, waardoor grote delen van het gebied een complete wildernis zijn. De gevarieerdheid en afwisseling van weilanden, bos en moeras is een van de redenen dat het gebied zo soortenrijk is.
Door de ligging, aan de zuid-west rand van het merengebied IJmeer, Markermeer en IJsselmeer is het een concentratiegebied van doortrekkende vogels. Zowel de rijksoverheid als de provincie hebben het ecologische belang van het gebied onderkend door het op te nemen in de Ecologische Hoofd Structuur, (EHS) respectievelijk de Provinciale Ecologische Hoofd Structuur (PEHS). Verder maakt het gebied deel uit van de 'Natte As' en nog steeds het Groene Hart.

Sinds het voorjaar van 2005 is de enige boer van het terrein gestopt en krijgen de weilanden, nu er geen vee meer loopt en de dijk die nu niet meer gemaaid wordt in hoog tempo een ander aanzien.

Vogels

In het voor- en najaar vindt er een geconcentreerde doortrek plaats. In de weilanden pleisteren regelmatig groepen wulpen en regenwulpen en soms zijn er van bepaalde soorten grote hoeveelheden te zien, zoals een groep van meer dan 1000 graspiepers in het voorjaar van 2004.
Karakteristiek voor het gebied zijn in de zomer de grote aantallen Zwaluwen en Gierzwaluwen die hier hun favoriete jachtgebied hebben.
In het najaar worden er zelfs Visarenden gezien, die een voorliefde schijnen te hebben om in de wateren in en rond het kruitbos te jagen. In de nazomer worden er, evenals bij de iets verderop gelegen Vijfhoek, grote groepen doortrekkende steltlopers waargenomen. Naast steltlopers zijn er in de nazomer en het begin van het najaar, vanaf de dijk meestal Zwarte Sterns en soms zelfs groepen Dwergmeeuwen te waar te nemen. In de winter zijn er op de dijk en in de weilanden vaak groepen Waterpiepers te zien, soms enkele, soms tientallen. Ook in de winter zijn er voor de kust, vanaf de dijk in het IJmeer vaak grote groepen watervogels te zien. Smienten, Krak- en Slobeenden, Kuifeenden, Tafeleenden, Brilduikers en Nonnetjes zijn het algemeenst.

Vanwege deze grote hoeveelheden watervogels is het IJmeer aangewezen als vogelrichtlijngebied. Hetgeen onder meer tot consequentie heeft dat een eventuele buitendijkse uitbreiding van de haven van Muiden, in strijd is met Europese wetgeving.

In de weilanden broeden scholeksters, tureluurs en kieviten.

Het Kruitbos

Van het bos is weinig bekend doordat het gebied niet toegankelijk is. Aan diverse organisaties die het gebied hebben willen inventariseren is de toegang altijd geweigerd. Uit het verleden zijn echter wel een aantal bijzondere waarnemingen bekend. Zo is er in de jaren '90 van de vorige eeuw een dassenburcht op het terrein aanwezig geweest. Ook leefde er tot 1990 een reeën populatie in het gebied. Wat er in het bos leeft is voornamelijk bekend van incidentele waarnemingen langs de rand van het terrein. Er broeden o.m. buizerd, koekoek en waarschijnlijk ook nachtegaal, ijsvogel en aan de westzijde, waterral en een rode lijst soort als de Snor. In de ruigten en rietveldjes langs de dijk van het IJmeer broeden onder andere bosrietzanger en sprinkhaanzanger. Behalve vogels komen er in het gebied ook vossen voor en er bevindt zich één van de grootste ringslangenpopulaties van Nederland.


terug naar het overzicht

U kunt uw bijdrage zenden of opmerkingen kwijt door op de onderstaande envelop te klikken
U belandt dan op ons reactie formulier: